Natuurparcours

Wie lukt het om over een boomstam te lopen zonder te vallen?

Tijdsduur: 45 minuten
Voorbereidingstijd: 0 - 15 minuten
Doelgroep: Peuter (2-4 jaar), Kleuter (4-6 jaar), Kind (6-12 jaar)
Doelgroepsgrootte: Zowel kleine als grote groep
Ontwikkeling: Motorische ontwikkeling, Cognitieve ontwikkeling

Wat heb je nodig?

Wat heb je nodig?

  •  Spierballen
  •  Creativiteit
  •  Een bos in de buurt, of een plaats waar losliggende takken en stenen liggen

Voorbereiding:

Je gaat op stap met kinderen. Veel kinderdagcentra zullen een protocol hebben over op stap gaan. Zorg dat je je altijd houdt aan deze regels. Wanneer je met een groep kinderen gaat wandelen is het aan te raden om ze vast te laten houden aan een wandelkoord. Zo heb je altijd alle kinderen bij elkaar en kun je ze allemaal zien. Wanneer je op de plek bent waar je de activiteit uit wilt voeren laat je ze even gaan zitten zodat ze rustig naar je uitleg kunnen luisteren.

Aan de slag

Leg uit wat de bedoeling is: een hindernisbaan maken met takken, boomstammen, stenen en stukken schors uit het bos.
Wijs een plaats aan waar het parcours gaat komen. Laat alle kinderen helpen met verzamelen van spullen. Begin met de opdracht: Zoek allemaal één dikke tak en één dunne tak. De dunne takken hoeven niet lang te zijn. Heeft iedereen twee takken gevonden? Leg dan de dikke takken bij elkaar en de dunne takken bij elkaar. Aan de grootte van de groep kun je bepalen of je één parcours gaat maken of twee. Heb je een groep van acht of minder kinderen? Maak dan één parcours. Is je groep groter, maak er dan twee naast elkaar.
Leg de dikke takken verticaal achter elkaar zodat je een soort evenwichtsbalk hebt. Vervolgens kun je de dunne takjes horizontaal erachter aan leggen. Je krijgt dan een soort vakjes. Het is de bedoeling dat kinderen er met één voet in stappen. Wees creatief. Zoek stenen of stukken boomschors waar kinderen overheen kunnen springen. Is er in de buurt een bankje? Gebruik het om overheen te klimmen. Ligt er een boomstam? Laat kinderen ook zelf verzinnen wat je hiermee kunt doen. Je kunt twee stokken in de grond prikken met een V van boven. Leg op die twee stok een rechte tak. Kinderen kunnen hier onderdoor kruipen.
Bekijk de afbeeldingen goed maar gebruik vooral het fantasie van de kinderen. Betrek ze met alles wat je doet, laat ze verzinnen en helpen met het leggen van het parcours.
Wanneer je klaar bent kun je een rij maken en alle kinderen één voor één het parcours laten volgen. Maak kinderen enthousiast door ze mee te laten klappen wanneer iemand het eind van het parcours heeft bereikt.

 

Tip:

• Als er geen gevaarlijke dingen in het bos liggen (denk hierbij aan glas, brandnetels, scherpe voorwerpen) is het leuk om het parcours eens te volgen op blote voeten.
• Wanneer je een grotere groep hebt zou je twee kinderen tegelijk een parcours kunnen laten volgen.

Ontwikkelingsgebieden stimuleren

Het doel van deze activiteit is het stimuleren van de grove motoriek. Denk hierbij aan balanceren, springen, kruipen, etc. Bij het maken van het parcours denkt het kind ook na of het mogelijk is dit parcours af te leggen, hierbij moeten ze afstand en hoogte inschatten. Dit hoort bij de cognitieve ontwikkeling.